Lucht nu II
Geplaatst op september 13, 2006 | Gearchiveerd onder Geen categorie | Comments Off on Lucht nu II
Meneer, mag ik u iets vragen?
Hangt er van af wat, eerlijk gezegd.
Het gaat over 11 september.
Ach nee hè. Journalist?
Eh, ja.
En jij denkt, weet je wat, zo’n tennisclub, in zo’n keurige, lommerrijke buurt, dáár ga ik eens kijken, bij dat soort mensen, wat 11 september nou voor hún veranderd heeft…
Ja, zoiets.
Ach ja, de kranten moeten ook vol.
Het is deze week vijf jaar geleden…
Ja, nee, dat weet ik. Alsof vijf toch echt iets heel anders is dan vier of zes.
U gelooft daar niet in?
Vijf is ook maar een getal.
De helft van tien.
Nou en? De helft van vijfentwintig is twaalf-en-een-half, en de helft daarvan is zes punt vijfentwintig. Krijgen we over vijftien maanden wéér allerlei herdenkingen?
Ik vroeg me af hoe 11 september uw leven veranderd heeft.
Originele vraagstelling. Heeft u dat zelf bedacht? Nou, meneer… Ik heet Arjan…
Nou Arjan, ik zal je vertellen, er is in mijn leven door elf september helemaal niets veranderd. Niets. En al die mensen die iets anders beweren kletsen uit hun nek. Dat komt allemaal op radio en tv, dat staat in de kranten, en voor je het weet zegt iedereen dat, omdat je dat nu eenmaal geácht wordt te zeggen. ‘De wereld zal nooit meer dezelfde zijn.’ ‘Ons leven is voor altijd veranderd.’ Elke dág wordt ons leven voor altijd veranderd, elk úúr. De wereld is nooit meer dezelfde, al druk je maar een sigaret uit. En hoezo ‘voor altijd’? Zag u laatst dat bericht op het nieuws, dat het gat in de ozonlaag weer kleiner wordt?
Ja, hoezo?
Dat is toch het beste bewijs dat onze westerse cultuur in staat is om de problemen die we oproepen ook weer ongedaan te maken? En zónder ons te bekeren tot een of andere vorm van religieus eco-fundamentalisme, zoals de milieulobby graag had gezien? Ik zal u zeggen: dat is een nieuw taboe.
Wat is een nieuw taboe?
Om te zeggen: vervelend, maar dat fiksen we wel. Nee, we worden geacht direct op de divan te gaan liggen bij de psychiater om na te gaan hoe we zo hebben kunnen ontsporen. Er ontstaat een probleem en meteen is het: We Deugen Niet! We Doen Het Fout! Wat een onzin. Hup, aan de slag, dan komen we d’r echt wel uit. En zie, het gat in de ozonlaag wordt weer kleiner. Opgelost. ‘Voor altijd’ bestaat niet. Alles stroomt. Panta rhei!, zoals de Oude Grieken al zeiden. Straks staan daar op Manhattan weer nieuwe kantoortorens, en is Al Qaida uitgeroeid, is het Westen overgeschakeld op kernenergie om minder afhankelijk te zijn van de olie, is er eindelijk gerechtigheid voor de Palestijnen, ik noem nu maar iets, en dan houdt het weer op met die aanslagen. Dan mogen we weer zakmessen en dagcrème mee aan boord van het vliegtuig nemen. Tot er weer een nieuwe dreiging komt natuurlijk. Grijpen onze eígen kinderen ineens naar de semtex, zoals destijds met de RAF. Of de Israëli’s, die zich in de steek gelaten voelen. Krijg je kleine Einsteins en Oppenheimertjes, met dirty bombs.
Wat doet u, als ik vragen mag?
Ik? Ik ben accountant.
Dus op 11 september zijn een flink aantal collega’s van u omgekomen.
Ja, dat klopt. Wij zijn de Boekhouders van het Kwaad. Haha!
Waren er nog bekenden bij?
Nee. Ja, één vent, waar ik wel eens mee geluncht heb. Mijn counterpart bij een Amerikaanse klant. Geschikte kerel.
Dood?
Dat nemen ze aan. Niets van teruggevonden. Misschien zit-ie wel op de Bahama’s. Je kon nog een paar uur vliegen voordat alles dichtging. Dacht hij bij zichzelf: dit is hét moment om er tussenuit te knijpen.
Dat idee spreekt u wel aan?
Ik zie hem lopen, helemaal onder dat witte stof, weetjewel, briefcase onder z’n arm, en maar lopen. Weg! En dan jaren later nog eens terugkomen. Staat je naam daar, op zo’n monument.
Zou u dat hebben gedaan, als u daar was geweest?
Ik? Waarom? Ik heb een prettig leven. Mooie baan, mooi huis, fijne vrouw, leuk gezin…
Af en toe een potje tennis…
Precies. Mooi toch?
Maar stel, u was daar geweest.
Tja, pech.
Heeft u het zich wel eens voorgesteld?
Nou, ik zag een keer een documentaire over die aanslagen, en toen kreeg ik het wel even een beetje benauwd…
Waardoor?
Kijk, zo’n gebouw, dat is een systeem. Een soort bijenkorf, een gigantische sorteerbak van duizenden vakjes, die allemaal volgens bepaalde regels met elkaar in verbinding staan, een kringloop van miljóenen a4-tjes, bewegend in een logisch, geordend verband. En dan ineens dwarrelt alles lukraak door de lucht. Ik zag zo’n beeld. Heel Wall Street is één oneindige witte duisternis vol dwarrelende a-viertjes…
Dat beangstigde u?
Ja. In mijn vak draait het allemaal om orde. Dingen aan het licht brengen door ordening, dat is het eigenlijk, wat ik doe.
En ineens was er geen licht en geen orde meer.
Ja precies.
De nachtmerrie van elke accountant.
Ja.
Die op dat moment dus uitkwam.
Ja.
De Hel is een wolk dwarrelende a-viertjes?
Zoiets. Dat moet allemaal weer geordend worden.
Geordend tot wat?
Een kloppend geheel.
Maar niet door dezelfde mensen.
Nee, door nieuwe mensen. In een nieuwe toren.
En straks wellicht een nieuwe bom.
Ja, wellicht.
Is het dan wel verstandig?
We hebben geen keuze. We weten niet beter.
En vóór 11 september 2001 wist u dat ook al?
Misschien niet.
Dus…
Wat bedoelt u?
Toch iets veranderd?
Hm, nou misschien. Misschien heeft u dáár een punt. Maar als u mij nu zou willen excuseren, ik zie dat mijn tennispartner is gearriveerd.