Kafka en UPC telefonie
Geplaatst op oktober 31, 2007 | Gearchiveerd onder Geen categorie | Reageer
Franz Kafka’s naam wordt vaak ijdel gebruikt. Sommige mensen spreken al van ‘een Kafkaiaanse ervaring’ als ze de verkeerde afslag voor de meubelboulevard hebben genomen. Ik wil niet pretenderen te weten wat een Kafkaiaanse ervaring wél precies is, maar wat ik van de week meemaakte komt vast een eind in de buurt.
Wij willen dus overstappen naar digitale telefonie. Ik belde het verkoop-nummer van UPC en maakte ons verlangen bekend. Maar nu was onze vraag: een huiscentrale, met toestellen verspreid door het huis, blijft dat gewoon werken?
‘Een huiscentrale?’sprak het UPC-meisje, ‘wat wilt u daarmee zeggen?’ Waarschijnlijk wilde ze ‘wat is dat?’ vragen, maar iets weerhield haar, wellicht het vermoeden dat dit een domme indruk zou maken. Toen ik het aantal toestellen noemde klonk een nerveus lachje, alsof het UPC-meisje ineens besefte dat ze een gek aan de lijn had. Een getikte telefooncollectioneur, die nu ook nog met zijn hele verzameling digitaal wilde bellen!
Na ruggespraak (gegiechel op de achtergrond) kwam het antwoord: nee, digitale telefonie werkt niet met een huiscentrale. Het leek mij nogal onwaarschijnlijk, maar het meisje kon mij niet doorverbinden met iemand die er verstand van had. Ook de salesdesker van UPC is dus schijnbaar Chefloos. Vanwege de massale toestroom van nieuwe klanten telde deze verkoopafdeling ongetwijfeld vele medewerkers, stelde ik mij voor, dus als ik opnieuw belde kreeg ik misschien een doortastender type aan de lijn. Maar nee, salesdesker 2, een jongen, wist het ook niet.
‘Maar een huiscentrale is toch iets heel normaals tegenwoordig?’
‘Nou, dat zegt ú.’
Na stevige aandrang hield de jongen ruggespraak. Antwoord: het kon. Heuglijk nieuws op zichzelf, maar kon het vertrouwd worden? Onder het motto drie-keer-is-scheepsrecht belde ik opnieuw. Een (ander) meisje. Nee, dat kon niet, dat wist ze zeker. Nu was de score 2-1, maar ja, wel in ons nadeel. Moesten we het hier bij laten zitten? Ik belde opnieuw. Een jongen. Ja hoor, geen probleem!
Tja, nu was het 2-2. Best of five dan maar? Een meisje. Nee, ábsoluut onmogelijk!
‘Is er misschien iemand die dit dispuut kan beslechten?’
‘Nee.’
Op een congres woonde ik onlangs een lezing bij over ‘forensisch googlen’. Dankzij deze nieuwverworven kennis wist ik op internet een PDF van de installatiehandleiding voor nieuwe UPC-telefonie-abonnees op te sporen. Inclusief een aparte paragraaf over het aansluiten van de huiscentrale.
Maar ja, dit document dateerde van mei 2007. Was er misschien iets veranderd? Verklaarde dat wellicht al die tegenstrijdigheid? Ik besloot nog één keer te bellen. Dat had ik beter niet kunnen doen. Ik kreeg juffrouw 1 weer aan de lijn.
‘U bent een beetje aan het rondbellen hé?’ sprak zij streng.
‘Eh, nou ja,’ stamelde ik betrapt, ‘ik bedoel, eh…’
‘Zo werkt het natuurlijk niet hè?’
‘Ja, nee, nou ja, ik bedoel, maar…’
‘Meneer, wat wílt u eigenlijk?’
‘Weten hoe dat zít, met die huiscentrale.’
‘Tja, dat weten wij dus niet.’
‘Maar dan kan ik geen digitale telefonie nemen.’
‘Nou en?’
‘Maar daarvoor bel ik. Ik wil klant worden bij jullie, zeg maar.’
‘Oké, dus ik kan u noteren?’
‘Nou, eerst wil ik weten hoe dat zit.’
‘Ja hallo! Hoe vaak moet ik nu nog zeggen dat we dat niet weten?’
Voor me lag een krant met foto’s van Bhutan, waar Willem-Alexander en Maxima op bezoek zijn. Ik kreeg ineens enorme zin om daar te gaan wonen.
Reacties
Laat een bericht achter