SuperLeaker of Kletsmajoor?

Geplaatst op februari 10, 2011 | Gearchiveerd onder NRC HANDELSBLAD, The Semidaily Kuitenbrouwser | Reageer

De schijfjes die bij WikiLeaks worden ingeleverd zijn de balen koffie, WikiLeaks is Nespresso. Sexy koffie, zorgvuldig afgestemd op een behoefte in de markt.

Onlangs twitterde ik dat Julian Assange een ‘kletsmajoor’ was. Voor de zekerheid deed ik het ook nog even in het Engels (‘full of shit’). Het was een experiment, ik was benieuwd hoe zoiets in een sociaal netwerk als Twitter zou vallen. Ik verloor een handvol ‘volgers’ en kreeg een stroom aan verontwaardigde reacties. Iemand stuurde alleen een link: sowhyiswikileaksagoodthingagain.com. Als je daarop klikt verschijnen korte omschrijvingen, één voor één, van wat wij tot nu toe allemaal aan WikiLeaks te danken hebben. WikiLeaks heeft onthuld dat de Deense, Finse  en Australische politie kinderporno als excuus gebruiken om bonafide websites te sluiten. WikiLeaks heeft onthuld dat US Peacekeepers in Congo meisjes verkracht hebben, WikiLeaks heeft onthuld hoe Trafigura mensen ziek maakte door gifgas te dumpen, enzovoort. Ik liet die oneindige loop van wapenfeiten aan me voorbijtrekken en dacht: goh, en dat álles door WikiLeaks! Maar toen die zin even later voor de tweede keer door mijn hoofd speelde, stond er een vraagteken achter. Deze ongelijksoortige reeks gebeurtenissen, is dat het werk van één organisatie? Nee, het werk achter die onthullingen komt van individuele klokkenluiders, mensen die toegang hadden tot die brisante informatie en vonden dat hij geopenbaard moest worden. Klokkenluiders lopen grote risico’s, ze begaan strafbare feiten, plegen contractbreuk en niet zelden komen ze er bekaaid vanaf. De rol van WikiLeaks is eigenlijk alleen die van expediteur: de klokkenluider levert zijn info in, WikiLeaks verzorgt het beveiligd transport. Toen de muziekindustrie illegaal downloaden begon aan te pakken, richtte ze zich eerst op de ontwerpers van peer-to-peer-netwerken zoals Napster en Limewire, maar die wasten hun handen in onschuld: wíj kopiëren en distribueren niet illegaal, zeiden ze, dat doen de gebruikers van dit netwerk. Als ik de blauwdrukken van een kernraket steel en per UPS naar Moskou stuur, is UPS dan strafbaar? Nee. WikiLeaks zou ook die positie in kunnen nemen: ‘Dont’ kill us, we’re only the messenger.’

Toch is dat niet de opstelling van Julian Assange. In tegendeel. Assange neemt als het ware de plaats in van de klokkenluider en profileert zich als een Robin Hood van de informatievrijheid. Iemand die grote persoonlijke risico’s trotseert om ons de waarheid te vertellen. Waarom is dat?

Het heeft te maken met de moderne mediacultuur. Je kunt journalistieke verhalen verdelen in twee categorien: thematische en episodische. Simpel gezegd: verhalen over mensen en verhalen over situaties. Gebeurtenissen versus toestanden. De voorkeur van de media verschuift de laatste jaren van thematisch naar episodisch. Verhalen met een hoofdrolspeler, verwikkelingen en ontknoping. Drama. Die verschuiving is begrijpelijk, episodische verhalen zijn ‘spannender’, en om te concurreren met al die andere verleidelijke prikkels waarmee de mediaconsument omringd wordt, moet de journalistiek ook zo spannend mogelijk zijn. Je zou het de Hollywoodisering van de journalistiek kunnen noemen.

De anonieme klokkenluider is incompatibel met deze cultuur. Waar is het gezicht? De protagonist? Wat drijft hem, wat heeft hij allemaal beleefd, hoe zal het met hem aflopen? Tja, dat weten wij niet, want hij houdt zich schuil. Julian Assange heeft hier iets op verzonnen. Hij speelt de plaatsvervangende waaghals. Julian Assange: voor al uw klokkenluiderij. In het idioom van de western: have whistle, will blow. Om deze rol geloofwaardig te kunnen spelen moet Assange zich profileren als iemand met uitzonderlijke vermogens: als een soort SuperLeaker, die de explosiefste informatie veilig in de juiste brievenbus weet te krijgen. En whoosh, daar verdwijnt hij alweer in de nacht, met zijn zwarte laptoptas over zijn schouder. Thank you, SuperLeaker! Zonder jou was het nooit gelukt!

Wat Julian Assange met WikiLeaks doet is packaging. Marketing. En het werkt. De WikiLeaks-franchise is inmiddels zelfs zo sterk dat hij van oud nieuws weer een ‘onthulling’ kan maken. Dat zagen we in het geval van de embassy-cables, de door een Amerikaanse militair gelekte emails van Amerikaanse ambassades naar het State Department. Een Amerikaanse diplomaat las op een dag een Nederlandse krant, meldde aan Washington ‘dat het nog wel eens moeilijk zou kunnen worden met die JSF’ en onlangs, vier jaar later, heette het een ‘onthulling’ van WikiLeaks, alles gebaseerd op een oud krantenbericht! Ander voorbeeld: in 2006 schreef Frans Timmermans in NRC-Handelsblad dat hij de SP een ‘onbetrouwbare’ partij vond. Vorige week stond het, voorzien van het WikiLeaks-logo, als hot stuff op alle voorpagina’s, inclusief die van NRC zelf. NRC ‘onthult’ een feit uit zijn eigen archief, maar nu voorzien van het WikiLeaks logo.

Die honderdduizenden embassy cables hebben best een paar relevante onthullingen gebracht, daar niet van, maar voor de bulk van het materiaal geldt dat als een ijverige deskresearcher van de NOS het had opgediept, het was doorgeschoven naar het digitale themakanaal Geschiedenis24. Maar met de branding van WikiLeaks en Assange wordt het iets anders. De sticks en schijfjes die bij WikiLeaks worden ingeleverd zijn de balen koffie, WikiLeaks is Nespresso. Shots informatie, verpakt in sexy aluminium capsules.

Kijk ook eens naar de foto’s van die Zweedse computerhost die begin december op de voorpagina’s van alle kranten stonden. WikiLeaks had ‘onderdak’ gevonden bij het Zweedse datacentrum Bahnhof, gevestigd in een oude bunker, uitgehouwen in de rotsen in Stockholm. Besneeuwde rotsblokken rond de ingang, vuistdikke deuren, blinkend-futuristische installaties, noodaggregaten, alles even gelikt vormgegeven en uitgelicht. Het lijkt wel een James Bond-set. Op één van de foto’s drijft zelfs koolzuursneeuw door de ruimte, alsof er elk moment een showballet kan beginnen! ‘The ongoing denial-of-service-attack against Wikileaks has forced his minions to move the site to a fortified data center encased in a cold war-era, nuke-proof bunker encased in bedrock,’ bericht de Wallstreet Journal. Het is een meesterlijke zet om de ‘jacht’ op Julian Assange te visualiseren. Die jacht bestaat natuurlijk niet uit pogingen om fysiek schade toe te brengen aan de dragers van de WikiLeaks-data, dat heeft geen enkele zin. Die jacht is digitaal van aard, een vorm van contrahacking waar nucleaire bunkers, vuistdikke stalen deuren en koolzuursneeuw geen enkele bescherming tegen bieden. Of worden wij geacht te geloven dat de Zwarte Federatie of welk duister syndicaat dan ook precies jacht maakt op Julian Assange, klaar staat om een bunkerbuster op zijn server(s?) af te vuren? For all we know is dat hele WikiLeaks niet meer dan de laptop in die zwarte tas waar we Assange altijd mee zien sjouwen. Maar in een episodische, op drama gerichte mediacultuur moet er iets te zien zijn, dat is de functie van dat Zweedse showdecor: het is de visuele uitdrukking van Assanges eenzame, heroïsche strijd. WikiLeaks is zó gevaarlijk, alleen hier, in deze James Bond-bunker zijn ‘de data’ veilig. Maar als je met WikiLeaks in zee gaat, als krant of televisiestation, wat krijg je dan? Een datastick, overhandigd in een koffiehuis. C’est tout.

Of neem Assanges ‘thermonucleaire verzekeringsbestand’, de backup voor als er iets met Assange gebeurt – ook zo’n vondst. Niet een harddisk, weggeborgen in een banksafe of desnoods in het gootsteenkastje van zijn oma, nee, een allesverzengend monsterbestand dat zichzelf automatisch zou verspreiden. Mission Impossible stuff. ‘After playing, this message wil selfdestruct.’

Hoofdredacteuren en bemiddelaars vinden het ook allemaal reuze spannend om zaken met Assange te doen, en brengen uitvoerig verslag uit van hun avonturen. Ook aan die behoefte komt WikiLeaks tegemoet. De papieren krant is deaud? Kijk ons eens 2.0 zijn! De koude oorlog is voorbij, de spionnen zitten in het bejaardenhuis, hun dodelijke paraplu’s liggen in het museum, maar hé, de behoefte aan cloak and dagger is van alle tijden. Julian Assange weet het.

Hoofdredacteuren die met Assange onderhandeld hebben blijven een beetje vaag over het soort voorwaarden dat hij stelt, maar het is duidelijk dat die te maken hebben met begeleidende positieve aandacht voor WikiLeaks. In hoeverre media-partners van WikiLeaks op die wensen ingaan is niet helemaal duidelijk, de New York Times bracht ondanks de samenwerking kritische portretten van Assange en Bradley Manning, maar de Nederlandse NOS bracht bij de kickoff van de samenwerking met WikiLeaks een portret van Assange dat verdacht veel weg had van een advertorial, inclusief niet-gestaafde beschuldigingen tegen PayPal, Mastercard en Visa. Ook plaatsen zij braaf bij elk bericht opnieuw het welbekende logo. De spontane naamsbekendheid van WikiLeaks moet inmiddels enorm zijn.

Is marketing dan de enige meerwaarde van WikiLeaks? Zij hebben toch bijzondere technische expertise? Het zijn toch hackers, whizzkids? In antiekwinkels liggen soms artikelen die uit diefstal afkomstig zijn, maar dat wil niet zeggen dat een goede dief een goede antiquair maakt. Wat WikiLeaks méér pretendeert te zijn behalve een anonimiteits-belovend doorgeefluik, is hoogst twijfelachtig. Hoe je omgaat met geheime documenten, bijvoorbeeld, dat je zulk materiaal niet zomaar het net op kunt gooien, zoals WikiLeaks aanvankelijk deed, maar eerst moet screenen en anonimiseren om repercussies voor onschuldige individuen te voorkomen, dat moesten zij leren van hun partners in de ‘oude’ journalistiek, de New York Times, The Guardian, zoals beschreven door onder andere Bill Keller, hoofdredacteur van de New York Times.

Ook de aanpak van Collateral Murder, een video waarop te zien is hoe Amerikaanse Apache-helikopters boven Bagdad per abuis een Reuters-fotograaf neerschieten en later een busje onder vuur nemen dat slachtoffers van de eerste aanval evacueert, verdient geen journalistieke schoonheidsprijs. Dat videomateriaal werd (met assistentie van de Nederlander Rob Gongrijp) welbewust gemanipuleerd om het incident voor te stellen als een beestachtig militair exces. Wie naar de volle 39 minuten van de band kijkt, ziet dat het allemaal wat complexer ligt. Diverse officiële onderzoeken naar het incident – ook onafhankelijke – hebben dan ook geen veroordelingen opgeleverd.

Het is ook niet voor niets dat Bill Keller altijd geweigerd heeft Assange als ‘partner’ aan te duiden, en insisteerde op ‘source.’ Journalistiek is mensenwerk, het vergt tijd, kennis en ervaring. Zo was het, zo is het en zo zal het altijd zijn. Als Bradley Manning zijn schijfjes met al die embassy cables in een bruine envelop bij de New York Times in de bus had gedaan, was de uitkomst uiteindelijk exact dezelfde geweest. De New York Times zou waarschijnlijk samenwerkingen zijn aangegaan om die enorme ‘buit’ gezamenlijk uit te ponden, en zo zou dezelfde informatie zich langs ongeveer dezelfde weg over de wereld verspreid hebben. Maar dan zónder het begeleidende spektakel van de Krachten der Duisternis en hun Genadeloze Klopjacht op Julian A., de Prins der Transparantie. En, nog een verschilletje: zonder onnodige privacyschendingen.

Het is denkbaar dat Assange met dit alles een bedoeling heeft: hij wil van WikiLeaks een wereldmerk maken dat een aanzuigende werking zal hebben op lekkers en klokkenluiders, en zo de wereld transparanter maken. Mogelijk. Als ik een rol als klokkenluider ambieerde zou ik een mediapartner zoeken die niet de indruk wekt er een persoonlijke agenda op na te houden (om van verdenkingen in de zedensfeer maar te zwijgen) en er enigszins coherente opvattingen op na houdt. Van Assange kunnen we dat moeilijk stellen. Hij is een warhoofd. ‘WikiLeaks heeft meer documenten onthuld dan alle oude media ooit bij elkaar,’ spreekt hij in die NOS-advertorial. Onzin. Papieren documenten kun je nu eenmaal niet met vrachtwagens tegelijk lekken, zoals digitale, maar het gaat om kwaliteit, niet kwantiteit. Onthullingen van het kaliber My Lai, of de Pentagon Papers heeft WikiLeaks niet op z’n naam staan, laat staan de impeachment van een Amerikaanse President (Watergate).

‘Dit is net zo belangrijk als toen de archieven van de Stasi voor het eerst opengingen’, zegt Assange over de embassy cables. Dit soort onzinnige uitspraken zijn toch meer de teksten van een begenadigd hypeartiest dan van iemand die serieus nadenkt over rekenschap en openbaarheid, en van wie je misschien iets meer onderscheidingsvermogen mag verwachten. Op de stelling dat geheimen niet per definitie verkeerd zijn,  maar soms nut een noodzaak dienen, heeft Assange in al die jaren ook nog steeds geen goed antwoord bedacht. ‘Nee,’ zegt hij, ook in dat NOS-filmpje, ‘want als iets geheim is, is het in strijd met de wil van het volk.’ Kletspraat. Dat de lanceercodes van nucleaire raketten geheim zijn lijkt mij, mild gezegd, niet strijdig met het belang van het volk.

Enerzijds fantaseert Assange over een vorm van ‘scientific journalism’, waarbij de burger rechtstreeks toegang krijgt tot alle relevante bronnen, zonder enige vorm van filtering of selectie door de pers, maar waarom werd de gunvideo van Collateral Murder dan zo rigoureus gemanipuleerd en gepromoot, terwijl het oermateriaal ergens diep werd weggestopt? Het lijkt erop dat Julian Assange vooral van de ‘feiten’ houdt als ze hem goed uitkomen. Is dat erg? Ach, het is vooral niets nieuws.

Waarom worden die nogal ondoordachte, naïeve uitspraken van Assange dan toch zo serieus genomen? Tja, het is een oude wet dat technologische innovatie gepaard gaat met overspannen voorspellingen van wat het allemaal teweeg zal brengen. The paperless office, heette het begin jaren tachtig. Niet uitgekomen. Begin jaren negentig meende Felix Rottenberg zelfs in de fax het instrument te hebben gevonden om de PvdA te transformeren. Tja. Rond het internet waren de verwachtingen zo mogelijk nog hoger gespannen, het internet was de sleutel tot de definitieve en volledige empowerment van het individu, de weg tot totale vrijheid en democratie. Tja, het is allemaal een beetje tegengevallen. Het digitale Nirvana bleef uit, maar de droom is hardnekkig, elke technische noviteit roept hem weer wakker, en de laatste erectie heet WikiLeaks.

Maar wat menigeen lijkt te willen geloven, dat met de komst van het digitale lekken een Nieuw Tijdperk is aangebroken, lijkt mij onwaarschijnlijk. Gelekte informatie is gelekte informatie, of hij nu uit een kopieermachine komt, of uit een PC. De diplomatie is een bedrijfstak die graag vasthoudt aan tradities, men liep op die Amerikaanse ambassades gewoon een beetje achter en is nu door een pijnlijke wakeupcall uit de sluimer ontwaakt. Als een eenzame pedofiel zijn laptop zó goed kan beveiligen dat een heel politiekorps er wekenlang niet doorheen komt – zie Mark M. – dan moeten het State Department, de CIA en de NSA toch een eind kunnen komen met het beveiligen van hun gevoelige informatie. Dat gaan zij dus doen, en dan is het weer even uit met de pret.

Julian Assange zal het allemaal een zorg zijn, vermoed ik. Die heeft zijn bookdeal, zijn biopic en zijn lezingencontract. Daar gaat hij, met zijn zwarte tas over zijn schouder, van tv-studio naar congreshotel. Thank you, SuperLeaker!

Reacties

Laat een bericht achter