Hemma de Blijke
Geplaatst op januari 22, 2016 | Gearchiveerd onder ONZE TAAL, The Semidaily Kuitenbrouwser | 1 Reactie
– Welkom terug bij het tweede uur van Eén Op Twee Van Drie Tot Vier Op Radio Vijf. Wij praten met Herman den Blijker, kok, restaurateur, ondernemer, maar bij het grote publiek vooral bekend van het televisieprogramma Herrie in de Keuken, en sinds kort Herman Zoekt Chef. Dus Herman, naast kok, restaurateur en ondernemer ben je nu dus eigenlijk ook televisiepresentator, hè?
– Klop. Stuuk longzomon bijgkome. As ondeneme komp vnolles op je pod, en of je zeg joh, of je zeg neej. Simpel is het.
– Juist, en toen ze dus met dat idee bij jou kwamen voor dat televisieprogramma, toen dacht jij: da’s leuk, dat ga ik doen.
– Izzeg tege die goste: denke jullie don dok dakkan? Jazegge ze, dod denke wij. Izzeg: stog een vok, tillevisie make? Zamma glul, zegge ze, kwessie von doen. Nou, zogezeg, zogedoan.
– En eh, bijvoorbeeld ook dat inspreken van die voiceovers, daar heb je geen training voor gehad of zo?
– Neej. Zammaal gwoon, hop, effe zitte, effe keike, en gaan mettie bnaan. Mja, zo benkut gwend. Teen in diepe. Nie lulle ma poetse.
– Juist. Dat is het motto van Herman Blijker? Poetsen met die banaan in het diepe?
– Zoujt kunne noeme. Zaltei zo gwees. Jongsafaan. Caftaria, gakballe draaie, piepes jasse, uurtje slape, en hop wir vedde. Buffele buffele buffele. Zo lirjt tvak. Kej beetje ga zitte foefelemuize in de sgolbanke, hej niksan. Paktijks beste lirsgol.
– Eh, iets anders! Een vraag van een luisteraar: zijn er dingen die jij helemaal niet lust?
– Nie dak weet. Vin eik als lekke.
– Alles?
– As ma ves is. Moe wel ves zijn. Vesse vis, vesse groente, ves vlees. Alles zo vés moluk. Stalve werk. Egwaar.
– Om nog even op die voiceover terug te komen, ik moet zeggen, dat ik soms wel een heel klein beetje moeite heb om je te verstáán, op televisie.
– Egwaar.
– Ja. Je hebt een, ja, een nogal eígen manier van spreken, zal ik maar zeggen, waarvan ik soms denk: wat zégt hij nou precies?
– Sgien me segaar.
– Sorry?
– Me sgaar. Sgiens dattet.
– Hoe bedoel je?
– Schien moekem uime mond hale, bei ‘t inspreke. Zakkes pobere.
– Ja, misschien is dat het.
– Beddól op segare. Goei segaar, vee-es-opeetje debei, stóp!
– Stop?
– Hema top!
– Cognac van de Hema is top?
– De Hema? Moe wel luistre, ja? Ik zeg: goei sgaar, mooi kjak, zema top.
– Nou, dat lijkt me een mooie spreuk om dit programma mee af te sluiten. Dit was dan weer Een op Een van Twee tot Vier op Drie, tot de volgende week!
– Zeg.
– Ja?
– Moekkeer langskome.
– Sorry?
– Nuwe zaak. Wod haskemooi. Tober gaan wope.
– O, nou, dat lijkt me reuze leuk, dankuwel voor de uitnodiging. En veel succes nog met uw programma.
– Jook bedonk.
Reacties
Eén reacties to “Hemma de Blijke”
Laat een bericht achter
Beste Jan,
Ik geniet altijd erg van je columns, vooral wanneer het gesproken woord op de radio wordt belicht. Graag breng ik onder je aandacht dat het op Radio 1 usance is geworden om geen normale zinsbouw meer te hanteren als men een gesprekspartner aan de telefoon heeft.
“Aan de lijn Rien van der Waal, voorzitter van de vakbond. Geschokt, over de inhoud van het rapport?”.
We hebben contact met onze verslaggever ter plaatse, Aline van der Veer. “Koud daar, Aline?”
Persoonsvorm, persoonlijk voornaamwoord, allemaal overbodig! Waarom hele zinnen bouwen als een paar steekwoorden volstaan?
Let er maar eens op, en schrijf er alsjeblieft een leuke column over. Daar worden wij allen vrolijk van!
Hartelijke groet,
Willemijn Mooij
(zelf werkzaam als Manager Muziek bij Radio 4 – ik hoop dat wij het op de zender iets beter doen).