Oogje hartje U
Geplaatst op maart 31, 2001 | Gearchiveerd Geen categorie | Comments Off on Oogje hartje U
yo.
sup.
sup?
i Xed U first!
yeah but what does it mean.
mf dont know what sup is!
is that bad?
U aint bad, ur a sorryassed motherfucker is what U is.
* daniellefoucher (Cable) [sharing 113 files] has joined.
sorry.
hi there. anybody from canada?
shut the fukup, U frech cunt
never mind billyandjanet danielle, he’s upset. hedenlands dude here dont know what sup is.
sup?
is this the geekroom or what? I’m outahere.
*billyandjanet123 (Unknown) [sharing 6 files] has left.
Welkom in de rap-chatroom van Napster.
Even uitleggen: chatten is schriftelijk babbelen op het internet, een chatroom is een kamer waar over een bepaald onderwerp gebabbeld wordt, in de rap-room gaat het over rap-muziek, en Napster is een internetsysteem waarmee je via het internet muziekbestanden kunt uitwisselen, aan dat systeem zijn babbelkamers verbonden waar je een praatje kunt maken, bijvoorbeeld terwijl je op je download wacht. Dowloaden is het via internet inladen van een computerbestand, in dit geval dus muziek. Muziek is, nou ja, dat zoekt u maar op in de Winkler Prins. De Winkler Prins is…
‘ HOU OP!’
Pardon. Er bestaan op dit moment 54 chatrooms bij Napster, rooms op nationaliteit (Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Nederlands), op genre (van alternative tot trance) en op periode (jaren 70, jaren 80, etc.).
Terwijl Hedenlands dit schrijft telt de Dutch room twee gebruikers, Hedenlands en .
yo!
Mevrouw Maas zit bij Wehkamp een set hoeslakens te bestellen, en ineens verschijnt er midden op haar scherm een dialogbox:
yo! sup?
Mevrouw Maas roept haar zoontje erbij. ‘Michael! Wat is dit nou?’
‘Oh, da’s een Napster-chatter.’
‘Wat wil -ie?’
‘Gewoon, ouwehoeren.’
‘Wat is dat, sup?’
‘What’s up betekent dat, hoe gaat-ie, zeg maar.’
‘Doe weg!’
Michael klikt op ignore user, het chat-equivalent van de hoorn erop gooien.
Leuk die chatrooms, dacht Hedenlands, een beetje van gedachten wisselen over popmuziek. Dat valt tegen. De termen chat en room roepen een iets geciviliseerder beeld op dan hoe het in werkelijkheid in dit soort chatrooms toegaat. In plaats van een aan babbelkamer moet je toch meer aan een brulhok denken. Een molestbestendige opvangruimte met plastic kuipstoeltjes met brandgaten, de wanden vol graffiti. Jongens die het op hun ruggengraat zitten tot kunst hebben verheven, hand in de broekband, en wier conversatie nog het best te vergelijken is met een vorm van verbaal zweten. Een soort hoorbare acne.
Wassup?
Yo mothafucka.
Chill man, he’s cool.
Wassup?
U cool?
I’m cool.
Any girls? Got me a boner.
Shut the fuck up or i’m coming over. blow ur head off.
Eh eh eh…
U and what army?
Eh eh eh…
Asl? (age, sex, location)
24, female, England.
DAMNN! Ur old! Ur old enuf to B my mother! U shouldnt even B on Napster!
So whats ur age.
I’m 13!
MayB U shouldnt B on Napster. Done ur homework yet?
Eh eh eh eh eh eh eh eh eh eh!
‘Eh’ is niet uh, de aarzeling, maar èh, het verveelde lachje.
Prince was voorzover Hedenlands weet degene die begin jaren tachtig het alfanumerieke steno introduceerde dat inmiddels zo’n beetje de lingua franca van de chatbox is geworden. Klanken worden zoveel mogelijk gereduceerd tot de cijfers en letters waar ze phonetisch mee overeenkomen. For you: 4U. To be or not to be: 2 b or not 2 b. Why you: YU. See you: CU. CU l8er, see you later.
Prince op de Napster-pagina waar popmuzikanten hun adhesie met de digitale ruilbeurs betuigen: ‘Y should the record company have such control over how he, the music lover, wants 2 xperience the music? (…) 4tunately 4 the music lover, there does not seem 2 b anything the old record companies can do about it.’
Prince gaat verder en gebruikt voor I een symbool van een oog, zoals houden van ook wel wordt weergeven met een hartje. Oogje hartje U: I love you.
In het Nederlands kan het ook.
‘Wat gaan jullie doen?’
‘Wij gaan wat drinken met Ram6, Gke, Ma en 10eke.’
‘Oh waarom?’
‘Om het suc6 te 4en.’
‘Waar?’
‘In de 2e Kmer.’
Is er iemand die weet hoe dit ‘taaltje’ eigenlijk heet?
Hub
Geplaatst op maart 31, 2001 | Gearchiveerd Geen categorie | Comments Off on Hub
‘Egbert! Met Bob. Zeg, weet jij dat? Wat zeg je? Ja nee, dat weet je niet of je dat weet, dat begrijp ik, maar stel je hebt een kabelmodem, en dat hang je aan een hub, en aan die hub hang je een stel pc’s… dan kan toch iedereen in principe transparant naar binnen fietsen?’
‘…’
‘Ja nee, dat begrijp ik. Maar het punt is, je zit met je mac-adres. Die ADHC-server zoekt naar dat mac-adres, en als ‘ie dat niet vindt gooit ‘ie hem in de foutmelding. Hij herkent hem wel, maar hij mag hem niet binnenlaten, want hij is dedicated voor één IP, dus wat ik dan denk is: je gaat hub-router, router-hub en dan hup naar een tweede netwerkkaart in je basismachine zodat je via een gateway verder naar buiten fietst. Zonder dat je transparant bent.’
‘…’
‘Nee niet hub, húp, zei ik. Ja. Eh… nee, die is golfen in de Algarve.’
‘Hein? Ja met Bob. Zeg, ik zit hier bij dat klusje van HTB, dat netwerkje weetjewel, en nu blijkt, dat is dus een kabelverhaal. Dus eh… Ja, op zich werkt het perfect hoor, je haalt een file op van 4 meg, en dat duurt vijftien seconden! Ja nee echt waar, da’s lachengierenbrullen. Maar goed, je werkt hier dus niet met je externe toegangsadapter, want het is een LAN-gebeuren. En nu vroeg ik mij af of … oh, ja, ik wacht even. Wat? Oké. Jaasgoed, tot zo.’
‘Mét Bob! … Ja… ja… ja… ja… ja… eh… nee. Oké. Doei.’
‘Hallo met Bob. Wat? Zés pond? Wat heb jij in die borstvoeding zitten? Kryptonite of zo? Hhahaha!’
‘…’
‘Ja nee da’s een grapje, maakt niet uit.’
‘…’
‘Kryptonite, da’s uit Superman, doet er niet toe. Dus ze waren tevreden, nou da’s mooi. Ja toch? Oké ik moet weer verder, mop. Jo-doei!’
‘Mét Bob. Ah, Hein. Ja. Nou ja, het meest voor de handliggende is natuurlijk toch dat je zegt je gaat intern via een ander protocol, dat hang ik eronder, en dan loopt dat verder via dat nic-adres. Hè? Ja nou ja nic, mac, da’s hetzelfde. Wat zeg je? Nee niet nic-nac maar mic-mac. Nee nnnnic tweepoot en mmmmac driepoot. Ja precies. Dus… kut! Ja nee, die printersoftware, dat is echt drama. Zó’n manager weetjewel, en als die niks te managen heeft, gaat-ie een potje lopen zeuren. Ik bel je wel terug, want dit wordt niks. Doei!’
‘Mét Bob! Ja nee… Wat? Ja nee… Oh. Oh. Oh. Ja da’s effe klote natuurlijk. En boven? Ook niet? Da’s vreemd. Zit de stekker er wel in? Doe eens even resetten. Ja, dat kleine knopje achterop. Wat? Lícht uit? Meen je dat? Wat is dat? WÁT? INBRAAKALARM? Jezus. PAS MAAR OP DAT DE SPRINKLER NIET AANGAAT! IK ZEI: PAS MAAR OP D … ah, da’s beter. Och man, wat wij niet allemaal meemaken met dat Windows 2000, dat wil je niet weten. Nee Jasper is er niet, die is met vakantie. Eh, snowboarden in de Dolomieten, geloof ik. Ja oké. Doo-do!’
‘Hein? Ik dacht nog, kan ik er niet gewoon een splitter opzetten? Dan ga je heen en terug.’
‘…’
‘Ja nee, da’s waar, dan kom je toch weer met je transparantie, dus dat lost niks op. Maar goed, uiteindelijk moet er natuurlijk een stukje firewall bij, en die houdt dan dat buitenverhaal tegen. En als die pc dan routert, moet de gateway dan in dezelfde range zitten? Ja ja, alleen als je een request krijgt om te sharen. Nee ik begrijp het. Dank je Hein! Marco? Nee die is er niet, die is met vakantie. Wadlopen in de Alpen, geloof ik, of weet ik wat die gasten allemaal doen.’
‘…’
‘Nee, dat komt ik ben net vader geworden, dus wij kunnen effe niet weg. Ja nee gaat allemaal goed. Yvonne belt net, het kind is in drie weken zes pond aangekomen! Ja niet te geloven. Ik zeg wat zit er in die moedermelk van jou, kryptonite? Hahaha.’
‘…’
‘Nee niet Lipton Ice, kryptonite. Da’s een grapje. Van Superman, weetjewel? Nou ja, láát maar.’
Het Column-virus
Geplaatst op maart 31, 2001 | Gearchiveerd Geen categorie | Comments Off on Het Column-virus
Het zal de lezers van Hedenlands misschien zijn opgevallen dat Hedenlands dit zelf nooit een geen ‘column’ noemt maar een ‘rubriek’.
Hier zijn verschillende redenen voor. De eerste is formeel van aard. Aanvankelijk werd Hedenlands gemaakt door de medewerker wiens naam nog steeds in de kop staat, maar gaandeweg heeft die versterking gekregen van, inmiddels, vijf man (M/V). Die doen eigenlijk al het werk. Zij reizen door het land op zoek naar geschikte onderwerpen, werken de banden uit, bemannen de telefoon, versturen de rekeningen, houden het archief bij, geven de planten water en tikken de stukjes. In zijn hoedanigheid van chef Hedenlands houdt de oorspronkelijke auteur zich eigenlijk alleen nog bezig met zaken als relatiebeheer, de lange-termijnplanning en het voeren van functioneringsgesprekken. In de praktijk komt dit neer op lunchen, dineren en zo nu en dan een lichte werkbrunch.
Dit is geen ongebruikelijke gang van zaken in de pers. Neem de rubriek Stan Huygen’s Journaal in De Telegraaf, waarvan Stan Huygen de productie al jaren geleden heeft uitbesteed aan diverse persbureaus, zodat hij zich fulltime kan wijden aan zijn ware passie, de pantomime.(Zijn echte naam is Rob van Reyn.) Aangezien een column het werk van één persoon behoort te zijn, spreekt Hedenlands dus liever van een rubriek.
Een andere reden is dat de term ‘column’ de laatste tijd vaak ten onrechte wordt gebruikt. Zoals vrijwel alles dat op televisie vertoond wordt dat geen balletjesquizz of politiedrama is tegenwoordig ‘documentaire’ genoemd wordt, ook werkstukken die je eigenlijk zou moeten aanduiden als ‘portret’, ‘beschouwing’ of ‘reportage’ (onlangs hoorde Hedenlands een Endemol-juffrouw verklaren dat zij de ‘mini-documentairetjes voor de Playbackshow’ maakte.), zo worden kranten- of tijdschriftrubrieken van een vaste auteur tegenwoordig vrijwel automatisch tot ‘column’ gebombardeerd. Het column-virus, zou Hedenlands dit willen noemen.
Wat wel een column is en wat niet is moeilijk te bepalen, dat beseft Hedenlands, de Angelsaksische pers hanteert bijvoorbeeld een ruimere definitie dan de Europese, in Engelstalige kranten heet de hengelsportrubriek ook ‘column’, maar om elke poging tot onderscheid dan maar op te geven, dat is Hedenlands iets te gemakkelijk.
De grens ligt ergens bij de vraag wat er eerder was, de schrijver of het onderwerp. Als Jan Blokker over het weer schrijft is dat een column, als de weerman het doet spreek je toch eerder van een rubriek. Max Pam schrijft een column voor NRC Handelsblad en een schaakrubriek voor het Parool. We nemen een theoretisch voorbeeld. Een sportjournalist schrijft wekelijks op een vaste plaats over laten we zeggen schaatsen; dat is een rubriek. Die rubriek is succesvol, de journalist groeit in zijn rol, ontwikkelt een eigen stijl en toon, en wordt op grond daarvan gevraagd wekelijks iets te schrijven over, ik noem maar iets, het vaderschap. Op dat moment kun je van een column spreken. De journalist is columnist geworden. Dat staat los van zijn onderwerp. Zou hij bijvoorbeeld na een tijdje zijn oude schaatsrubriek hervatten, dan noem je dat waarschijnlijk toch een column.
Als Wim Kok elke week op de opiniepagina over het kabinetsbeleid zou schrijven, dan zou je dat geen column moeten noemen, eerder een commentaar. Zou hij ons wekelijks op de hoogte houden van wat er allemaal in zijn kabinet gebeurt, dan zou het een ‘kroniek’ zijn, tenzij hij dat deed in de vorm van dagelijkse notities, dan is de term ‘dagboek’ weer beter van toepassing. Beperkte hij zich tot zijn tijd als FNV voorzitter, dan zou je van ‘memoires’ moeten spreken, enzovoorts. Pas als Kok wekelijks vrijmoedig schreef over alles wat hem bezighoudt, zou je zijn rubriek een ‘column’ moeten noemen.
Een voorbeeld van waar die nuance niet goed wordt aangevoeld is de rubriek van de Ombudsman van de Volkskrant. Een Ombudsman is een benoemde functionaris, een arbiter tussen dupeerder en gedupeerden, en de plek waar hij verslag doet van zijn bevindingen zou Hedenlands geen ‘column’ noemen. De Volkskrant doet dat wel, in de krant staat het eronder, op het internet erboven. Niet alleen de redactie is in verwarring over het wezen van deze rubriek, de Ombudsman zelf ook. Afgelopen zaterdag konden wij bijvoorbeeld lezen dat hij de Volkskrant-columnisten Sanders en Kuitenbrouwer ijdel vindt. Waren daar klachten over binnengekomen? Nee, dus die opmerking was geen uitspraak van de Ombudsman in een zaak, maar de persoonlijke mening van een Ombudsman die is aangestoken door het column-virus.
Klep en Vlerk
Geplaatst op maart 31, 2001 | Gearchiveerd Geen categorie | Comments Off on Klep en Vlerk
Dus de hoogleraar sociologie Anton Zijderveld heeft in Buitenhof voorgesteld om parlementariërs en politici die zich schuldig maken aan grof taalgebruik voortaan een ‘gele of rode kaart’ te geven.
Hedenlands belde de professor op.
‘Meent u dat nou, meneer Zijderveld?’
‘Natuurlijk, anders ga ik zo’n traject niet in.’
‘Al veel adhesiebetuigingen gehad?’
‘Ach, desnoods trek ik die kar alleen.’
‘Wat zeggen ze op de faculteit?’
‘Ik ben in elk geval nog niet teruggefloten.’
‘En uw vrouw, staat die achter u?’
‘Ik kan u verzekeren dat de neuzen hier allemaal dezelfde kant op staan. Maar als u mij nu wilt excuseren, ik ben mijn jaargangen Modeltrein Vandaag aan het sorteren.’
Aanleiding tot Zijdervelds oproep waren recente uitlatingen van de politici De Hoop Scheffer en Netelenbos en de oud-diplomaat Van Walsum. De eerste zei dat de tweede ‘haar klep moest houden’, de tweede noemde de eerste daarop ‘een vlerk’ en de derde typeerde het optreden van de regering in een bepaalde kwestie als ‘gewauwel’ en ‘bezopen’.
Bij dat laatste woord, geciteerd in een radiouitzending, sloeg professor Zijderveld de Modeltrein Vandaag met een klap dicht en riep: ‘Zó is het genoeg! Dít gaat te ver! Ik ga nú met Buitenhof bellen! Thea, de telefoonklapper!’
Hedenlands is een liefhebber van het werk van professor Zijderveld, zijn betoog over de Staccato-Cultuur mag gerust baanbrekend worden genoemd, maar hier slaat de geleerde de plank naar onze indruk toch – laten we zeggen -finaal mis.
In plaats van een gele of rode kaart zou Hedenlands deze sprekers juist een pluim op de hoed willen steken. Zo’n fijn rubberen stempel als je vroeger van de juf in je schrift kreeg, van een hardloper die net over een horde springt, en daaronder ‘Ga zo voort!’ – zo’n stempel zou Hedenlands deze sprekers wel op het voorhoofd willen drukken. De juf zag heus wel wat er schortte, maar daar ging het niet om, er werd inzet getoond en vooruitgang geboekt, en wie nog meer inzet en vooruitgang wil zien stelt zich op zo’n moment positief en stimulerend op, dat valt in elk pedagogisch handboek te lezen.
Hoe vaak wordt er niet geklaagd over het matte, zouteloze gemummel dat in ons parlement doorgaat voor politiek debat? Het machteloze splish-splash van schipbreukelingen in hun reddingsbandjes, terwijl mammoettanker Nederland rustig doorvaart? Over het ontbreken van een echte ‘debatcultuur’ in dit land? Over het verfrissende venijn waarmee Britse politici elkaar te lijf gaan (It is my considered opinion that the right honourable gentleman is full of crap. ) in en buiten het parlement? En hoe die stijl ongetwijfeld bijdraagt aan de belangstelling van de Britse kiezer voor het wel en wee in Westminster? En hoe je, als we ter wille van een eerlijker vergelijking naar Duitsland kijken, direct ziet dat het ook in hun parlement heel wat levendiger toegaat dan bij ons? Hedenlands heeft zich in elk geval meer dan eens in die zin uitgesproken, en niet als enige. En wat gebeurt? De eerste schuchtere tekenen van een mogelijke verbetering lijken zich voor te doen en er verschijnt een professor in Buitenhof die oproept tot maatregelen! En om ons direct te laten zien hoe het wel moet kiest hij ter omschrijving van die maatregelen de speelse, fijnzinnige en bovenal zeer originele term ‘gele en rode kaarten’!
‘Meneer Zijderveld, zo wordt het toch nooit wat met die debatcultuur van ons?’
‘Eh… dat lijkt mij wat kort door de bocht.’
Hedenlands ziet ook wel dat klep, vlerk, bezopen en gewauwel geen hoogtepunten van verbale flair vormen, maar het is een begin! En alle begin is moeilijk. Benader het positief!
Dus, meneer de Hoop, als u dit leest, trekt u zich vooral niets aan van die Zijderveld. De minister moet haar klep houden – het is een tikje informeel, iets té misschien, maar voor een beginner? Heel passabel. Misschien zou u de volgende keer kunnen proberen iets, eh, iets spitser te zijn. Iets originéler. Als automobilisten niet onnodig mogen toeteren zou de minister van Verkeer en Waterstaat zelf misschien het goede voorbeeld moeten geven ik noem maar iets. Gewoon een keertje proberen. Bouw het rustig op. Een boeiend spreker wórdt je niet in één dag, zulke dingen kosten tijd. Maar ga zo voort!
Jargonhang
Geplaatst op maart 31, 2001 | Gearchiveerd Geen categorie | Comments Off on Jargonhang
Bij welke generatie zijn we op dit moment met de mobiele telefoon? De derde, meent Hedenlands. Wap? Eerste. Fax. Vierde, vijfde? Hedenlands herinnert zich nog het reikhalzen waarmee de wisseling der personal computer-generaties werd afgewacht, in de jaren tachtig, toen het allemaal begon, maar heeft niet de indruk dat ze tegenwoordig nog worden bijgehouden. In PC Consument deze maand: TEST: de Zeventiende Generatie. dat is ook zo, het gaat nu per chip. De Pentium zoveel.
De elektronische klokthermostaat van Honeywell beleeft intussen zijn vierde generatie – als je een generatie kunt beleven, hetgeen Hedenlands betwijfelt, maar vooruit. Chronotherm IV heet het apparaatje, Chronotherm de Vierde, zeg maar, en voor wie geen Romeinse cijfers kent staat op de verpakking ook nog eens een grote dikke gewone arabische 4. Ook het woord ‘you’ is in het logo verwerkt. 4 YOU dus, oftewel: voor u. Taaltechnisch gezien levert Honeywell hier half werk, want als we zo gaan beginnen wordt four you natuurlijk 4U, maar ook dít terzijde. (Het is een terzijde-rijke week, maar dit, nou ja, u begrijpt het idee.)
Overigens, dat alfanumerieke klanksteno (for you and you too= 4U&U2), waarvan Prince voorzover Hedenlands weet een der eerste gebruikers was, heeft dat eigenlijk een naam? Ja, daar zegt Hedenlands zoiets hè?)
Chronotherm de Vierde zit aan de muur – hoera, dat viel nog niet mee, maar dit terzijde – tijd voor de gebruiksaanwijzing.
‘Zelflerend aanwarmgedrag. De Chronotherm IV zorgt er bij het aanwarmen voor dat op het door u ingestelde tijdstip de ingestelde temperatuur is bereikt.’
Chronotherm de Vierde gaat ons aanwarmen. ‘De thermostaat doet dit door iedere dag opnieuw de tijd te controleren die nodig is om uw huis aan te warmen.’
Aanwarmen?
‘Aan de hand van deze gegevens berekent de thermostaat het tijdstip om de volgende dag te beginnen met aanwarmen.’
Aánwarmen?
‘Het tijdstip waarop de thermostaat begint met aanwarmen verschilt steeds weer.’
AAN-WAR-MEN!?!
‘Het is dus niet nodig om zelf de aanwarmtijden te veranderen in de loop van het stookseizoen. Zodra de thermostaat is aangesloten begint het dagelijkse correctieproces van het zelflerend aanwarmgedrag.’
De Chronoterm IV warmt niet op maar áán. Zou dat misschien het verschil zijn met de Chronotherm III?
Wat is dat toch, die hardnekkige neiging van mensen in bepaalde beroepsgroepen om de alledaagse woorden die zij vaak nodig hebben bij hun werk, om die te veranderen? Het is net alsof ze denken: ‘Als wij ‘opwarmen’ zeggen hebben wij het over iets veel gewichtigers en complexers dan als Juffrouw Jo van de kantine het over opwarmen heeft, en dat verschil dat moeten wij op de een of andere manier markeren, anders denken ze straks nog dat wij de zaak gewoon een beetje opwarmen, meer niet, en dan hebben ze geen ontzag meer voor ons en voor je het weet heb je geen eigen parkeerplaats en extra groot garderobekastje meer. Dus weetje wat, wij zeggen voortaan aan warmen. En als de computer gaat bellen zeggen wij niet de computer gaat bellen, of verbinding maken, nee wij zeggen ‘de verbinding wordt opgebouwd.’ Zoals wij ook nooit gewoon starten zeggen, maar altijd op starten. Dat ze wel weten dat wij d’r verstand van hebben.’’
Aanwarmen! Jargonhang, dat is het.
Hedenlands stelt voor deze samenzwering te doorbreken door alle voorzetsels voortaan willekeurig te gebruiken.
‘Drink je koffie aan, dan gaan we de computer uitstarten.’
‘Moet je het nummer niet inzoeken?’
‘Weet ik door m’n hoofd.’
‘Oké, anders zoek ik het langs. Koffie Bij?’
‘Ja, kom eronder.’
Verdorie, twintig over acht. Verdiept in Chronotherm de Vierde en het fascinerende begrip aanwarmen is Hedenlands helemaal het Journaal vergeten. Het weerbericht is al begonnen. Hedenlands wil alweer zappen, maar dan zegt Gerrit Hiemstra: ‘En vanwege de lage temperaturen bestaat er een kans dat natte weggedeelten plaatselijk aanvriezen.’ Gerrit Hiemstra, het weer, de thermostaat, er ís een verband, je voelt het gewoon.
Timeoutje
Geplaatst op maart 3, 2001 | Gearchiveerd Geen categorie | Comments Off on Timeoutje
U heb het zelf kunnen lezen, hier de afgelopen weken: ‘Hedenlands is vrij.’ Ik kun u mededelen: het is al weer uit met de pret. Hedenlands dacht veilig te zitten in het vakantiehuisje van een vriend van een vriend, even een tijdje dimmen, u kent dat wel, maar blijkbaar heeft er toch iemand gepraat, want zondagavond, Hedenlands lag rustig naar een soft-erotisch programma te kijken op de satelliet, ja je zit alleen, dus ik bedoel, je moet wát, staan d’r ineens zes smerissen in de kamer. Nou ja, IK HAD geen schijn van kans natuurlijk, zeker niet met je broek op je knieën.
Dus nu zitten we weer gezellig achter de deur. Ik zeg nog tegen die jongelui van Didu, ja zo noemen ze Dag In Dag Uit daar, dat is korter hé, ik zeg: verander dat tekstje maar. ‘Hedenlands WAS VRIJ, MAAR is weer gepakt.’ Héhéhéhéhé … geintje.
Dat komt d’r was een lezer die belde en die zei: hier staat Hedenlands is vrij, hoezo, hebbie vastgezeten dan? Goed hé? Dat is toch humor? Ik vind dat humor! Ja toch? Da’s humor! Hebbie vastgezeten dan. Ik vind dat humor!
‘O, dus jij wou zeggen dat dat geen humor is?’
Da’s me celmaat, die denk dat-ie ook een eigen mening heb. Jij wou zeggen dat dat geen humor is? Begrijp ik dat goed? Om te zeggen als je zegt die & die is vrij om dan te zeggen: hoezo hebbie vastgezeten dan? Dat dat géén humor is? Heb jij wel eens een halfuurtje met je kop in je eigen reet gezeten?
Ach, laat maar gaan, anders maak ik me kwaad.
Youp van ‘t Hek, die vind ik ook zo goed.
Affijn, we zijn dus weer op onze post, zal ik maar zeggen, waar wij ons dus zoals bekend afvragen waar wij qua taalgebruik nu eigenlijk met z’n allen mee bezig zijn.
En wat mij nou daarnet opviel, toen ik hier net mijn ene dagelijkse telefoontje pleegde, wat je dus uiteraard niet meer besteed aan een lulpraatje met één iemand maar aan het sturen en ophalen van e-mail, (Ja we zijn dan wel wat ze noemen crimineel – wat ik overigens een heel sigmatriserende term vind – maar we zijn niet achterlijk), wat mij dus opviel, toen mijn laptop aan het bellen was, is dat de computer dan zegt: ‘ De verbinding wordt opgebouwd.’
Kijk, dat is een vorm van dikdoenerij waar deze jongen dus heel slecht tegen kan. Je zegt toch ook niet als je verkeerd verbonden bent: ‘ Oh pardon, neem me niet kwalijk, ik heb de verbinding verkeerd opgebouwd.’ Of: ‘Sorry, er is iets misgegaan bij de opbouw van deze verbinding.’ Flikker toch op, met je opbouwen.
Affijn, waar ik het eigenlijk over wilde hebben.
Als bewoner van de Penitentiaire Inrichting Overamstel krijg je een gratis abonnement op Het Parool. Slim van ze natuurlijk, want als je straks vrijkomt denk je toch, dat is mÃjn blad. Alleen zouden ze in hun berichtgeving wel wat meer rekening mogen houden met deze speciale lezersgroep. Van de week, op de voorpagina: Nina sluipt de business weer binnen. Nou ken ik heel dat vrouwtje Brink niet hoor, daar gaat het me niet om, maar bij mijn weten is dat mens nog nooit ergens voor veroordeeld. Die vrouw is ondernemer, die heb op een gegeven moment ik weet niet hoeveel man personeel lopen, gaat op dat leuke smoeltje van d’r, neemt een timeoutje en begint weer opnieuw. Dat is toch normaal? Dat doet toch iedereen? Dus hoezo weer binnen sluipen? Als ik straks weer vrij kom, en ik probeer weer ergens een bestaan voor mezelf op te bouwen, krijg ik dan het Parool achter me aan met: H. sluipt de branche weer binnen? Geloven wij niet meer in het recht op reclassering? Nee, ik had het er gisteren nog over met een paar jongens, op de luchtplaats, maar dat artikel is hier niet best gevallen.
Affijn, ik was dus vrij, maar ik ben d’r weer. Tjo!
Fuzzy Dude
Geplaatst op januari 31, 2001 | Gearchiveerd Geen categorie | Comments Off on Fuzzy Dude
Wie was er nu eigenlijk fuzzy, George Bush of Al Gore? De Republikeinen gebruiken fuzzy math beweerde Al Gore tijdens de campagne. (Iets met het budget). Math is mathematics, rekenkunde, rekenwerk; fuzzy math, wollig rekenwerk. Maar wollig rekenwerk, bestaat dat eigenlijk wel? Taal kan wollig zijn, maar rekenwerk? Dat kan toch alleen maar kloppen of niet kloppen? Oftewel: wollig rekenwerk is wollig taalgebruik. Ha!
Als de Republikeinse campagnedokters Dubya dat argument nou hadden ingefluisterd, dan was die hele Florida Recount niet nodig geweest. Of hebben ze het geprobeerd en kon hij het niet onthouden?
Fuzzy math was één van de toppers op de 26th Annual Banished Word List, opgesteld door de Lake Superior State University in de Verenigde Staten. Onbetwiste koploper was ‘chad’. Een inzender hoorde het twaalf keer per uur. ‘Chad has got to go’, schreef hij beslist.
Al sinds 1988 strijden de lijst en zijn opstellers tegen uitdrukkingen als ‘free gift’ en ‘live audience’, vergelijkbaar met het de afgelopen dagen weer veelvuldig gebezigde ‘dodelijke slachtoffers’, vooral natuurlijk door het Nederlands Instituut voor Taalhaat, ook bekend als het NOS-Journaal.
Een ander woord dat in de VS kennelijk te veel in de mode is: ‘dude’ (gast, vogel). Dude is slacker-taal, en slacker is Amerikaans voor types die niets doen, een beetje rondhangen en van het leven genieten, denk aan The Dude in The Big Lebowski, een film die er vast iets mee te maken heeft.
Met de hartverwarmende sociologische bravoure waar Anglo-journo’s het patent op hebben verklaart de Amerika-correspondent van The Guardian de verwerping van ‘dude’ als kenmerkend bijverschijnsel van een stagnerende economie en de bijbehorende afkeer van klaplopers en profiteurs. But of course!
Ook ‘e-‘ scoorde weer hoog op de Annual Banished Word List. Dit lukraak geclaimde waarmerk van e-igentijdsheid heeft zich in korte tijd behoorlijk gehaat gemaakt, in de Verenigde Staten is al een ‘Genootschap tot Behoud van de Andere 25 Letters van het Alfabet’ opgericht.
Dat laatste las Hedenlands bij Ewoud Sanders, die in NRC Handelsblad traditiegetrouw weer de nieuwe woorden van het afgelopen jaar inventariseerde. De labrahuahua, een kruising tussen een labrador en een chihuahua, toppie-joppie, het gevleugelde woord van Gevleugelde Inge, de vondelingenschuif, een klep in de deur van het kindertehuis om te voorkomen dat ongewenste kinderen sterven op de stoep.
In het Maandblad Onze Taal wijst Kees van Kooten ‘toppie’ aan als zijn eergste woord van het jaar, en taaljournalist Pieter Burger kiest voor Inge de Bruijns combi met joppie. Bart Chabot: synchroon pressie spelen. Jeltje van Nieuwenhoven (moet je dat wel aan politici vragen?): bereikbaarheidsoffensief. Ludo Permentier, redacteur van De Standaard: kijkfile.
Hedenlands’ favoriet: de varkensflat. Uitschuifurinoir, onderwaterhelikopter en al die andere nieuwe samenstellingen zijn natuurlijk best wel gek, maar wat zij ontberen is de haast pijnlijke poëtische raakheid van varkensflat. Bij een woord als uitschuifurinoir moet je het beeld eigenhandig vanaf de grond opbouwen – een urinoir, ja, dat kennen we, en dat schuift dan dus uit, juist ja, zoiets dus bijvoorbeeld. Ja of zo natuurlijk. Dat is knippen en plakken met de glutonkwast, terwijl bij varkensflat stáát het er. In één klap. Het woord is je oor nog niet binnen of je ziet het. De Varkensflat. En dan begin het nog eens een potje te flonkeren en te spiegelen, zodat je er nóg weer allerhande bijbetekenissen in ontdekt. Nederland: varkens en flats.
Onderaan Hedenlands trouwe prikpen nog een uitspraak van Wim Kok, ergens in mei. Kok zei tegen de Tweede Kamer dat hij de rapporten over Pepers dubieuze declaraties niet had willen inzien, daarmee suggererend dat hij de inhoud niet kende, terwijl later bleek dat hij die wel kende. Hij had de rapporten namelijk laten inzien. (Nemen wij één minuut stilte in acht voor ons parlement, dat bewindslieden laat wegkomen met taalfoefjes van Atheneum-3 niveau) Maar goed, nu komt het: de man die Kok dat rapport had laten inzien kende de inhoud toch eigenlijk ook niet, want Kok had hem gevraagd het marginaal te lezen.
Marginaal lezen, ‘t is nog fuzzy, maar het lijkt me iets voor slackers.
Slacken is ongeveer wat Hedenlands nu een paar weken gaat doen. Gelukkig Nieuwjaar nog & tot later.